Kaboel – Bamyan – La’l (29 juli – 01 augustus)
Waarin GJ zo ziek is dat hij zich afvraagt waarom mensen überhaupt reizen en hij als eerste persoon ter wereld sneller beter is dankzij de vernielzucht van de Taliban.
Kaboel – Bamyan – La’l (29 juli – 01 augustus)
Waarin GJ zo ziek is dat hij zich afvraagt waarom mensen überhaupt reizen en hij als eerste persoon ter wereld sneller beter is dankzij de vernielzucht van de Taliban.
La’l – Chaghcheran – Chisht (01 – 04 augustus)
Waarin sommige Afghaanse chauffeurs zo bang zijn dat de verfrissende werking van een vleugje opium niet meer helpt en GJ eindelijk de Taliban de hand schudt.
Chisht – Herat – Mazar-i-Sharif (04 – 07 augustus)
Waarin GJ zich in terug in Iran waant, zich opwindt over de Nobelprijs voor de vrede en een schone handdoek krijgen ongebruikelijk moeilijk is.
Mazar-i-Sharif – Balkh – Maimana – Andhkoy – Mazar-i-Sharif (07 – 10 augustus)
Waarin GJ de moeder aller angsthazen ontmoet, nog meer moskeeën bezoekt en er een econoom wordt gezocht.
Het kon natuurlijk niet uitblijven, ik heb weer last van mijn maag en absoluut niet omdat ik te gulzig kebab heb gegeten. ‘s Ochtends om half vier word ik wakker. Het is weer feest in mijn buik: “Delhi Belly”. Waarschijnlijk een combinatie van de hitte en het eten van gisteravond. Tot mijn schrik zie ik dat ik in Bamyan al een heel doosje paracetamol naar binnen heb gewerkt. Toch zieker geweest dan ik dacht. Het blijft een briljante uitvinding dat paracetamol. Als je in Afghanistan bent kun je jezelf niet laten afleiden door zoiets onbenulligs als diarree en ik wil veel zien en doen, dus ik probeer nog twee uurtjes te slapen.Mazar-i-Sharif – Salang – Kaboel – Dubai – Rotterdam (11 – 17 augustus)
Waarin GJ kabaal in Kaboel maakt, heelhuids in Holland terugkomt (en zijn nichtje bijna lukt wat de Taliban niet is gelukt), maar vooral Mam mist.
Gelukkig heb ik gisteravond een berichtje naar Nederland kunnen mailen dat mijn telefoon nog in Kaboel ligt en ik niet weet of ik kan mailen, dat lukt inderdaad niet. Wel heb ik een kettinkje met een Maria medaillon meegenomen en de hele dag gedragen, jaren geleden van Mam gekregen. Haar voornaam is ook Maria. Geen idee wat de Afghanen er van denken, maar eerlijk gezegd vind ik dat voor een keer absoluut niet belangrijk.
Hallo allemaal, hier nog een laatste mailtje van een op de zijderoute verdwaalde kameel. Zondag gaat het vliegtuig naar huis helaas alweer. Ik moet een beetje kort en snel typen want om vijf uur (da’s over drie kwartier) pakken we de nachttrein van Xian naar Beijing.
Laat ik eerst m’n vrienden maar eens aan het lachen maken. In Kirgizië wordt geen Spa blauw verkocht, alleen Spa rood. Jullie raden dus nooit wat ik een week lang heb gedronken (inderdaad, bah en zonder bubbels nog veel meer bah). Dit betekent wel dat ik gesterkt ben in mijn opvattingen omtrent Spa.