Heibel Om Een Handdoek In Herat (5/7)

Chisht – Herat – Mazar-i-Sharif (04 – 07 augustus)

Waarin GJ zich in terug in Iran waant, zich opwindt over de Nobelprijs voor de vrede en een schone handdoek krijgen ongebruikelijk moeilijk is.

Als een dief in de nacht

Rond half vijf ’s morgens word ik wakker van iemand die een bijzonder felle zaklamp in mijn gezicht schijnt. De militaire politie wil ons zo snel mogelijk weghebben uit Chisht in verband met de Taliban. Dankzij Hollandse nuchterheid en de Britse ‘stiff upper lip’ duurt het nog tot kwart voor zes voor we daadwerkelijk vertrekken. Het eerste gedeelte van de weg is bijzonder slecht, maar in de loop van de dag veranderen de bergen langzaam in een vlakte en wordt de rit is minder oncomfortabel. Ik zit opgevouwen voorin tussen twee anderen met mijn voeten op de licht oververhitte transmissie, maar ik moet niet zeuren, veel mensen in Afghanistan moeten alles lopen.
Continue reading

Mooie moskeeën in Mazar-i-Sharif (6/7)

Mazar-i-Sharif – Balkh – Maimana – Andhkoy – Mazar-i-Sharif (07 – 10 augustus)

Waarin GJ de moeder aller angsthazen ontmoet, nog meer moskeeën bezoekt en er een econoom wordt gezocht.

Het kon natuurlijk niet uitblijven, ik heb weer last van mijn maag en absoluut niet omdat ik te gulzig kebab heb gegeten. ‘s Ochtends om half vier word ik wakker. Het is weer feest in mijn buik: “Delhi Belly”. Waarschijnlijk een combinatie van de hitte en het eten van gisteravond. Tot mijn schrik zie ik dat ik in Bamyan al een heel doosje paracetamol naar binnen heb gewerkt. Toch zieker geweest dan ik dacht. Het blijft een briljante uitvinding dat paracetamol. Als je in Afghanistan bent kun je jezelf niet laten afleiden door zoiets onbenulligs als diarree en ik wil veel zien en doen, dus ik probeer nog twee uurtjes te slapen.

Continue reading