Heibel Om Een Handdoek In Herat (5/7)

Chisht – Herat – Mazar-i-Sharif (04 – 07 augustus)

Waarin GJ zich in terug in Iran waant, zich opwindt over de Nobelprijs voor de vrede en een schone handdoek krijgen ongebruikelijk moeilijk is.

Als een dief in de nacht

Rond half vijf ’s morgens word ik wakker van iemand die een bijzonder felle zaklamp in mijn gezicht schijnt. De militaire politie wil ons zo snel mogelijk weghebben uit Chisht in verband met de Taliban. Dankzij Hollandse nuchterheid en de Britse ‘stiff upper lip’ duurt het nog tot kwart voor zes voor we daadwerkelijk vertrekken. Het eerste gedeelte van de weg is bijzonder slecht, maar in de loop van de dag veranderen de bergen langzaam in een vlakte en wordt de rit is minder oncomfortabel. Ik zit opgevouwen voorin tussen twee anderen met mijn voeten op de licht oververhitte transmissie, maar ik moet niet zeuren, veel mensen in Afghanistan moeten alles lopen.
Continue reading

Heelhuids in Holland (7/7)

Mazar-i-Sharif – Salang – Kaboel – Dubai – Rotterdam (11 – 17 augustus)

Waarin GJ kabaal in Kaboel maakt, heelhuids in Holland terugkomt (en zijn nichtje bijna lukt wat de Taliban niet is gelukt), maar vooral Mam mist.

Mam

Vandaag is een waardeloze dag. Het is 11 augustus 2014. Het is het precies een jaar geleden dat mam overleed. Op zo’n moment besef je hoeveel je iemand mist en hoeveel ze voor je betekent. Ik herinner me Moederdag nog in mei. Ik heb me de hele dag bezig gehouden met de schuur opruimen, ik was zo onaanspreekbaar dat ik iedereen het liefst uit de weg ging.

Gelukkig heb ik gisteravond een berichtje naar Nederland kunnen mailen dat mijn telefoon nog in Kaboel ligt en ik niet weet of ik kan mailen, dat lukt inderdaad niet. Wel heb ik een kettinkje met een Maria medaillon meegenomen en de hele dag gedragen, jaren geleden van Mam gekregen. Haar voornaam is ook Maria. Geen idee wat de Afghanen er van denken, maar eerlijk gezegd vind ik dat voor een keer absoluut niet belangrijk.

Continue reading